Valt het allemaal wel mee en stelt onze jonge generatie zich aan?
Of is het heel erg en zijn ze daardoor beschadigd?
Nee, ze hebben het zwaar én ze zijn veerkrachtig!
Oma Rie
Afgelopen maand hebben we mijn oma begraven, ze is 97 jaar geworden. We hebben haar leven herdacht en afgesloten. Haar levensverhaal zette mij aan het denken over de coronatijd nu en welk effect dat heeft op onze kinderen en jongeren. Mijn oma was 18 toen de oorlog uitbrak en 23 toen het eindigde. Ze heeft de bombardementen in Rotterdam meegemaakt, met haar gezin onder de trap geschuild. Haar broers moesten onderduiken. Ze heeft de hongerwinter meegemaakt, dode mensen op straat zien liggen. Klasgenootjes en mensen uit de buurt zien verdwijnen in de kampen. Dat moest ze allemaal verwerken toen ze op haar 23e aan haar volwassen leven begon. In een stad die in puin lag. De toekomst ongewis, na een aantal grote traumatische gebeurtenissen in de wereld. Dat alles heeft haar leven niet verwoest, zij was niet gebroken. Zij is voorwaarts gegaan en een inspiratiebron voor velen geworden. Ze was wijs, positief, een echt mensenmens met een groot hart, die ontzettend kon genieten van kleine dingen.
Lijden en veerkracht horen beide bij het leven
Als ik paniekverhalen lees in de media over kinderen en jongeren met achterstanden en over een vloedgolf aan stoornissen, dan word ik daar verdrietig van. Ze worden weggezet als de slachtoffers die ze niet zijn. Tegenspoed hoort namelijk bij het leven en heeft dat altijd gedaan. Nu we massaal klappen krijgen valt het meer op, maar er is altijd lijden geweest, voor veel mensen, op veel plekken in de wereld en in veel perioden in de geschiedenis. Mensen blijken keer op keer veerkrachtig te zijn. Al zullen de rampscenario’s in de media uit een goed hart komen van mensen die de jonge generatie willen helpen, het zal averechts werken. We helpen jonge mensen niet als we ze als probleem gaan zien dat opgelost moet worden. Dan doen we hen echt tekort. Hun reacties zijn geen probleem. Het is een probleem als we willen dat ze zich voelen, zich gedragen en blijven presteren zoals ze deden voor de pandemie. Want dat is onmogelijk en dat zet ze onnodig onder druk.
Vertrouwen en verbondenheid zijn essentieel bij het ontwikkelen van veerkracht
Betekent dat dan dat we niets hoeven doen voor onze kinderen en jongeren? Dat we achterover kunnen gaan zitten en dat het dan vanzelf wel goed komt? Dat ze geen recht van spreken hebben als ze zeggen dat ze het moeilijk hebben? Of dat hun problemen gebagatelliseerd moeten worden? Nee, dat is niet wat ik bedoel. We kunnen en moeten ze zeker helpen, alleen niet door een probleem van ze te maken. De veerkracht van mijn oma kwam niet uit de lucht vallen, ze had steun in haar omgeving, ze heeft geleerd om veerkrachtig te zijn. Uit de familieverhalen die ik hoorde tijdens haar afscheid kwam naar voren dat haar ouders haar twee heel belangrijke boodschappen hebben meegegeven. Deze boodschappen worden in de hedendaagse wetenschap in verband gebracht met veerkracht. Ten eerste gaven ze haar vertrouwen. Ze zeiden: doe maar, ga maar, moeilijkheden zijn er om overwonnen te worden, van moeilijkheden kun je leren. Het is ook een optie om te aanvaarden en te leven met wat er is. Ten tweede was er een diepe verbondenheid. Ze hielden onvoorwaardelijk van haar. Ze gaven de boodschap: we doen het samen, we helpen, steunen en troosten elkaar. Als je valt, dan vangen we je op.
Oordelen, wantrouwen en afwijzing zijn het probleem
Als het in de media gaat over kinderen en jongeren met klachten en achterstanden is er juist sprake van het omgekeerde. Er spreekt wantrouwen uit: je bent stuk, gebroken, je kunt dit niet aan, je hebt een stoornis, je bent een slachtoffer, er is iets mis met jou. In plaats van onvoorwaardelijke verbinding is er afwijzing en voorwaardelijkheid: je bent pas oké als je presteert, als je niet achterloopt en als je voldoet aan verwachtingen. De roep om urgentie, het signaleren en oplossen van problemen lijkt positief, maar in werkelijkheid wordt er op deze manier een probleem gecreëerd. Jonge mensen voelen zich daardoor slecht over zichzelf, niet goed genoeg en alleen. Niet door de omstandigheden van de pandemie, maar door de boodschap die ze krijgen.
Gevoelens mogen er zijn
Dat kan anders en dat begint met het normaliseren van wat ze ervaren. We helpen ze door ze ruimte te geven. Dat ze mogen voelen wat ze voelen en dat we ze uitleggen dat dat normale reacties zijn. Als de wereld op z’n kop staat en niemand weet hoe het verder zal gaan, dan is het normaal dat je je angstig voelt. Als je allerlei dingen die je graag deed niet meer kunt doen en mensen die je graag ziet niet mag zien, dan is het normaal dat je je verdrietig voelt. Als je weinig hebt om naar uit te kijken en je maakt weinig opwekkende dingen mee, dan is het normaal dat je je vlak en somber gaat voelen. Als je structuur wegvalt, je minder beweegt en er veel is om over te piekeren, dan is het normaal dat slapen lastig is en dat je moe bent. Als anderen tot diep in jouw persoonlijke leven gaan bepalen wat je wel en niet mag, dan is het normaal dat je boos bent en snel geïrriteerd. Als je niet weet of je dromen een kans zullen krijgen en of de wereld veilig zal zijn voor jou, dan is het normaal dat je je kwetsbaar voelt. Als er weinig is dat je aan de situatie kunt doen, dan is het normaal dat je je machteloos voelt.
Gevoelens zijn onze bondgenoten
Neem deze emoties serieus, maar noem ze alsjeblieft geen klachten. Het zijn geen symptomen en we hebben het hier niet over stoornissen. Dit zijn normale reacties op extreme omstandigheden. Emoties zijn boodschappers die je laten weten dat er gebeurtenissen van betekenis plaatsvinden. Ze nodigen je uit tot handelen en om iets aan de omstandigheden te doen. Als handelen tot niets leidt, dan nodigen ze je uit tot rouwen en verwerken, zodat je daarna weer verder kunt. Veerkracht betekent dat je het hele spectrum aan menselijke gevoelens kunt voelen en dan doet wat belangrijk voor je is binnen de mogelijkheden.
Wil je kinderen en jongeren echt helpen?
- Geef je liefde, steun, hulp en aandacht onvoorwaardelijk.
- Leg ze uit dat wat ze denken en voelen normaal is en erken tegelijk dat het lastig is. Geef ze de ruimte om dat te ervaren en te uiten. Gedachten en gevoelens zijn ervaringen die komen en gaan. Ze definiëren jou niet als mens, je kunt ernaar kijken. Er zit net zo veel leven in een verdrietig moment als in een gelukkig moment, ieder moment is waardevol.
- Vervul hun behoeften voor zover dat kan binnen de omstandigheden. Lichamelijke basisbehoeften, veiligheid, verbondenheid en eigenheid. Leer ze om goed voor zichzelf te zorgen (vooral door zelf het goede voorbeeld te geven). Verbinding met anderen is een essentiële behoefte, nu fysieke nabijheid niet kan zullen we creatief moeten zijn. Als niet veel kan, doe dan wat je wel kunt doen.
- Ga ervanuit dat ze in hun ontwikkeling precies zijn waar ze kunnen zijn. Ze hebben een aangeboren aanleg om zich te ontwikkelen, ze ontwikkelen zich binnen de ruimte die er is. Trekken en duwen heeft geen zin, ruimte geven waar dat kan heeft wel zin.
- Geef bemoediging en vertrouwen. Ze zijn nu zo veel aan het leren. Elke tegenslag die ze het hoofd bieden maakt hen sterker en veerkrachtiger. De pijn die ze ervaren zal betekenis geven en verhelderen wat werkelijk van belang is in het leven. Als ze hun energie kanaliseren en inzetten voor die wezenlijk belangrijke dingen, dan kunnen ze de wereld een stukje mooier maken en hun leven zin geven.
- Help kinderen die in hun gezin in het nauw zitten en daar trauma’s oplopen. Die hebben waarschijnlijk extra hulp nodig. Niet omdat er iets mis met ze is, wel omdat wat ze meemaken extreem stressvol is. Hulp bij het verwerken daarvan is van belang. Na de oorlog is de impact van trauma onderschat en we wisten er toen nog te weinig vanaf. Dat is nu gelukkig beter. Maak daarbij van het kind niet een patiënt, maar verbeter de omgeving waarin het leeft. Help de ouders, ondersteun ze op het gebied waar ze zorgen en stress over hebben (werk, wonen, financiën, gezondheid) en help ze om hun eigen trauma’s te verwerken. Zo kan het hele gezin helen en krijgen de generaties die nog komen een frisse start
Geef onze jonge generatie perspectief
Er is veel wat we kunnen doen en wat goed is om te doen voor onze kinderen en jongeren. Dat doen we niet door ze te zien als een verloren generatie. Ze zijn geen slachtoffers. Net als de generatie van mijn oma zullen ze veerkrachtig blijken. Ze staan voor grote uitdagingen en ze zullen al hun veerkracht en inventiviteit nodig hebben om die het hoofd te bieden. In moeilijke tijden is de boodschap wees gelukkig een molensteen om hun nek. De boodschap geef betekenis aan het leven op jouw manier geeft ruimte. Geef ze vertrouwen, erkenning en liefde, dan zullen zij dat ook weer doorgeven.
Meer weten?
In ons boek Flexibiliteit in het onderwijs, schrijven we over hoe je op een concrete manier veerkracht kunt ontwikkelen als volwassene, hoe je kinderen daarbij kunt helpen en hoe een school daarin kan faciliteren.
Wat is dat prachtig verwoord!
Dank je wel, Naomi, leuk om te horen!